Dag 8 – Mooi weer en … de stad in

13 augustus 2017 - Bad Kissingen, Duitsland

Vanochtend hebben we allemaal heerlijk lang geslapen. Pas vanaf half tien was er hier iemand aanspreekbaar. Maar het allerbelangrijkste … het was droog. Na het ontbijt zijn we voor de verandering eens de stad in gegaan. We wilden tussen de middag graag een kebabje eten, maar we hadden ook nog een cache die opgezocht moest worden. Dus dat deden we eerst. De zon was al flink doorgebroken en het was behoorlijk warm tijdens onze wandeling, heerlijk. De cache zat ergens verstopt bij een vers-melk-apparaat. Nooit eerder van gehoord, maar hier in Bad Kissingen hebben ze het. In het ene apparaat kon je een lege fles kopen, in het andere kon je het voor een euro laten vullen met een liter vers melk. Helaas was de onderhoudsman er ook net aan het werk, hij poetste alsof zijn leven er vanaf hing. Wij hebben een schaduwrijk plekje opgezocht en wachtten daar geduldig tot hij weer vertrok. De cache was snel gevonden en zo hier en daar vingen we een Pokémon en toen zijn we op het terras van de kebabman gaan zitten eten. Ook leuk om mensen te kijken, we zagen vanalles: een wandelend lijk, een man met een dameshandtas, enz. Na het zalige eten, hebben we nog een rondje door het centrum en het park gelopen, waar het erg druk was.

Terug op de camping hebben we allemaal iets voor onszelf gedaan. Arnoud en Tanacha zijn op de fiets naar het vliegveld gegaan, waar een zweefvlieger de lucht in ging. Veel meer gebeurt daar ook nooit, maar dat terzijde. Reint ging hardlopen en Brandon bleef in de caravan gamen. Ikzelf heb m’n fototoestel gepakt en ben achter het veld ingegaan. Na een uurtje waren we allemaal terug en hebben we lekker relaxt buiten in de zon gezeten. Na lang wikken en wegen waar we moesten eten, gaven Tanacha en Arnoud de voorkeur aan Ruïne Aura. Omdat we maar 3 fietsen hebben en onze vorige reis één bonk wandel-ellende was, gingen we dit keer maar met de auto. Reint koos een schnitzel, maar de rest koos allemaal voor de Aura-burger. Een superkeuze. Na het eten wilde Reint de cache die daar lag ook graag pakken, maar een vorige bezoeker meldde dat hij dacht dat er een bijennest zat op die plek. Bij nadere inspectie zaten er wel reuzenmieren in de boomholte, dus trok Reint z’n handschoen aan en moest tot z’n oksel in het gat om onderin het doosje te kunnen pakken.  Gevonden dus. Daarna hebben we tevergeefs naar één gezocht in het bos en toen zijn we naar een cache gereden die wij al eens hadden gevonden, maar Tanacha nog niet. Helaas was het ding van de boom gesloopt en kapot gemaakt, dus heeft Reint een bericht naar de cache-owner gestuurd over de staat waarin het zich bevond. Erg jammer, maar sommige mensen vinden het leuk om dit soort dingen te vernielen. Terug op de camping zag ik op mijn Poké-radar dat er bij de ingang van de camping een Pokémon zat die ik nog niet had, dus ik sprong op de fiets en racete naar voren. Onderweg kwam ik Judith tegen, die zich de tandjes schrok van mij en vroeg wat ik in hemelsnaam ging doen in het donker. Ik besloot eerlijk te zijn (al klinkt het lullig) en zei dat ik een Pokémon ging vangen. Eerst moest ze vreselijk lachen en toen vroeg ze of ik dat echt deed. Dus ik liet het haar zien op mijn telefoon en toen zei ze dat er altijd heel veel in de buurt zaten en dat er een Pokéstop (waar je ballen kunt opladen) om de hoek zat. Dat wist ik natuurlijk al, want we lopen er dagelijks langs. Toen ik terug kwam vroeg ze of ik hem gevangen had en ja … ik had er weer één bij. Morgen wordt het erg warm volgens de voorspelling, dus hebben we één ding afgesproken: we gaan een sorbet eten bij de ijssalon. Verheugen we ons nu al op!

Foto’s